Wanneer ik slapen ga,
denk ik aan jou.
Tijdens ik slaap,
droom ik van jou.
Wanneer ik wakker wordt,
zie ik je in gedachten.
Wanneer ik naar school ga
zie ik je en knuffel je mij
de les begint
loop je heen en weer in gedachten
Wanneer ik je in gedachten volg
lig ik te dromen
dromen van jou ...