Stil kijk ik naar de schaduws,
Met hun verhullende vormen.
Konden ze mij maar verhullen,
Konden ze mij maar met leegte vullen.
Kon ik maar wat zij kunnen,
Verhullen wat ik niet wil laten zien.
Niemand die het zou missen,
Niemand zou zich vergissen.
Niemand die met mij in zee gaat,
Niemand die aan de verkeerde kant staat.
Levenloos, als een rots.
Niemand met wie het niet botst.
Een vergissing is het allemaal,
Toch is er een mooi einde aan het verhaal.