Zonder jou is slechts
Zonder jou zijn de dagen slechts gaten
als wonden in mijn vlees, zonder jou
blijft de jaartelling onbeschreven
gaan de uren in haar leegte verloren
Zonder jou zijn de rozenvelden slechts bloementuinen
die daar ongeplukt gelaten zal, en is een bed zonder jou
een martelbank waarop ik iedere nacht weer slapen moet
en die dan mijn dromen geselt, jou daar niet in komen laat
Zonder jou is de nacht slechts vlek
als ‘n pleister op mijn ogen, zonder jou
zal ik telkens weer in het duister tasten
ik je lichaam vinden wil in het avondgat
Zonder jou zijn de avondmalen slechts node delen
die wel de honger, maar niet leegte stillen, en is een douche
zonder jou, als een storm vol hagel en pijpenstelen
die dan als dolken dalen, steekt de stilte die jij laat
Zonder jou is het zonlicht slechts schone schijn
‘n gloeilamp als mijn levenslicht, zonder jou
zal niets meer in het zonnetje staan, en zal mijn hart
als drama in de spotlight’s breken
Zonder jou is de hemel slechts een blauw plafond
zijn sonnetten slechts kattenbellen, en zijn de liefdesbrieven
slechts verhalen vol cliché. Zonder jou is dit huis mijn cel
en is het slechts de herinnering, die mij nog staande laat
F.