Na de stilte
Het was vlug, vlug zoals zij sprak
onwennig waren de woorden
zonder ritme zonder klank
het was liefde, liefde dat zij sprak
het was haar eerste
ach zo verlegen, en op haar ongemak
Ze struikelde, viel over zinnen
die al te vaak gesproken
haar handen klam
ze stierf, o zij stierf diep van binnen
het was haar eerste
en ach, waar moest zij toch beginnen
Maar dapper ze bleef
stotterend tot aan haar laatste woord
en sloeg, toen haar blik
neerbuigend scheef
alsof de grond, haar, daar
de troost beschreef
En zoals een seconde van de stilte
voelt, als een jaar uit het leven
zo verjaarde zij bij zijn zwijgen
tot hij eindelijk haar herhaalde, dat gedeelte
van de liefde
en doorbroken was de kilte
F.