langzaam trekken de nevelen op
en ontbloten een bloederig slagveld.
Strijd volbracht maar onbeslist,
verminkte doden al bijna vergeten
een vader dood een zoon vermist
alleen de zwarte kraaien vreten
Uther nu het vechten beu
komt eindelijk tot bedaren
en roept Merlijn waar ben je nu
ik wil hier roem vergaren
Merlijn duikt op heel mysterieus
hij lijkt zich niet te storen
en zegt wil jij de graaf verslaan
dan moet je mij aanhoren
je gaat naar gindse waterplas
bewoond door de mooie vrouwe
en kijk, en luister, wees dan stil
het zal je niet berouwen
en Uther ging en zag het zwaard
door hare hand geheven
hij dacht dat is een koning waard
waarom sta ik hier te beven
Merlijn kwam nader en fluisterde
je moet het zwaard nu grijpen
en Uther nam het zwaard en sprak
nu zal de vrede rijpen
het land werd nu heel wijs verdeeld
en Uther werd de koning
er werd gedanst en nog gefeest
in het land van melk en honing
dit was het ontstaan van een machtig zwaard
het droeg de naam Excalibur
alleen een echte koning waard
met een hart, zuiver en puur
word vervolgd