Alleen op een heuvel.
Kijkend over het landschap.
In de verte zie ik iemand.
Diegene ben jij.
Ik voel me fijn,
Gelukkig en geliefd.
Je komt voor mij.
Langzaam ontwaak ik uit die droom.
Een traan loopt over m’n gezicht.
Ik kan niet blijven geloven in dit.
Ik kan niet blijven huilen.
Waarom stoppen deze tranen niet?
Waarom blijf ik huilen?
Waarom mis ik je zo?