jij denkt dat we beste vrienden zijn.
ik denk van niet.
de laaste keer dat we ruzie hadden,
zei je woorden die pijn deden.
je wist dat ik het moeilijk had,
maar toch zei je ze.
ik kan je niet vertrouwen.
je verdient mijn vriendschap niet.
ik denk dat ik je haat.
bedankt dat je me hebt laten zien,
dat je niet te vertrouwen bent.