Een bloem met bladeren van goud,
een bloem waar ik heel veel van houd.
Een bloem aan de oever van het water,
een mooie bloem voor nu en later.
Een gouden blaadje valt op de grond,
een gouden blaadje, niet meer zo gezond.
De stengel buigt zich naar benee,
alle mooie dingen buigen mee.
Een bloem die het water raakt,
een bloem, heel veel meegemaakt.
De bladeren drijven rustig rond,
niemand die de bloem niet mooi vond.