de lucht waait weg en
het is koud, leeg
water valt en loopt
langs verlichte wolkenranden
blauw en paars vallen samen
in een straal van licht
naar boven kijk ik
"waar blijft de sneeuw?"
om te bevriezen, mijn ziel
geen emoties leven nog
de koelte vult mijn lichaam
"hier blijf ik, altijd."
gelach ontstaat uit de wind
als ik verdwijn in ijs
zonder angst of pijn in mij
nu is er pas vrede
nooit begrepen voor, dit enkele moment
waar stilte is, is liefde
iets zo puur als dit
bestaat er een echtere vorm van liefhebben?
de kou omsluit me.
Moeder...
ik keer terug.