Langzaam sluit ze haar ogen
Voor het eeuwige verdriet
Haar lichaam blijft onbewogen
En er is niemand die het ziet
Het gevoel kent ze maar al te goed
En zij heeft dat elke keer
Als ze zichzelf weer wat aandoet
En dat doet ze elke dag weer
Niet per se fysiek, maar in haar hoofd
Ook daar maakt ze zichzelf kapot
Het levensvuur dat zij langzaam dooft
Met zichzelf weer elke dag mot
Is er nog hoop voor dit kind
Zal ze ooit weer blijheid kennen
Zal er nog iemand komen die haar bemind
Of moet ze aan de leegte wennen
Dat weet ik niet, maar ik weet wel
Dat er iemand op haar pad moet komen
Het liefst met spoed, het liefst snel
Anders blijft ze over haar dood dromen
Ze is wanhopig, denkt wat en hoe
Ze heeft elke dag weer een gevecht
En word ervan veels te moe
Het leven is voor haar niet weggelegd
Leven of niet, vraagt ze zich af
Alles moet toch beter zijn dan hier
Wat heb ik gedaan, vanwaar deze straf
Van al die pijn en waarom hier
Ooit komt er een dag, dan neemt ze haar leven
Dan houd ze op met verdrietig beven
Dan kapt ze ermee, stopt ze met geven
En voelt ze zich goed, al is het maar even