kinderlijke onschuld
kijkt neer
vol geduld
ze weet het niet meer
lachend om zoveel
huilend om nog veel meer
strelend als fluweel
haar handen die ik afweer
ik kan ze niet aankijken
bang om te breken
om te laten bezwijken
haar ogen waar ik heb doorgekeken
kinderlijke onschuld
huilend om veel meer
met diamanten omhult
strelend, wat een eer