Verdriet heb je als mens om iemand.
Verdriet heb je als mens om iets dierbaars.
Verdriet heb je vaak om een geliefd iemand.
Die iemand leeft in je door.
Het is nog niet voorbij.
Met pijn besef je soms toch: hij zal er nooit meer zijn.
Tegelijk raakt hij je toch vanbinnen.
Verdriet vraagt om aandacht.
Ook al zeggen de mensen,
ook al zei hij: Je moet verder.
Soms zet verdriet je kracht weg.
Je wilt wel, maar je kunt niet verder.
Je weet wel dat je verder moet, maar nog niet hoe.
Een ander kan verdriet niet van je afnemen.
Dan voel je je bestolen.
Verdriet vraagt om aandacht.
Dat het er mag zijn.
Juist dan- als het er mag zijn -kun je als
mens die wonderlijke ervaring opdoen dat je
verder kunt en niet alleen verder moet.
Als verdriet mag, kun je juist door dat verdriet krachtiger worden.
Ik hoop dat verdrietige mensen lieve mensen blijven ontmoeten.
Trouwe mensen, bij wie je mag zijn met je verdriet.
Bij die mensen kun je écht sterk worden, omdat je
je niet sterk hoeft te houden.
Bij die mensen kun je zelf gaan ontdekken hoe jij verder kunt.