( Het Is Lang,Maar Mooi ! )
Ik herinner me niets van de plaats waar ik geboren ben.
Het was er duf en donker en we kwamen nooit in contact met
mensen.Ik herinner me nog wel mijn moeder en haar zachte pels, maar ze was zo dikwijls ziek en ze was heel mager.
Ze had bijna geen melk voor mij en al mijn broertjes en zusjes.Ik herinner me dat vele van hen stierven,en ik miste hen zo.De dag dat ik van mijn moeder werd weggehaald herinner ik me nog als de dag van gisteren.Ik was zo triestig en bang,mijn melktandjes waren nog maar pas doorgekomen.Ik had feitelijk nog bij mijn mammie moeten blijfen,maar ze was zo ziek.
Bovendien bleven de mensen zeggen dat ze geld nodig
hadden en dat ze de vuiligheid die mijn zusje en ik maakten
beu waren. Dus werden we gekooid en werden we naar een
vreemde plaats gebracht. Enkel wij beiden. We kropen dicht
tegen elkaar en we waren bang. Er was niemand om ons te
knuffelen of te aaien.Zo veel te zien,en zo veel geluiden,zoveel geuren!We werden naar een winkel gebracht met heel veel verschillende dieren!Sommigen kwaakten!..sommigen miauwden..sommigen
piepten..Mijn zuster en ik werden in een klein kooitje gesmeten.Ik kon er andere puppies horen. Ik zag mensen naar me kijken.Ik hield wel van kleine mensjes,die leken wel lief en leuk. Ze wilden zelfs spelen.
De ganse dag bleven we in die kleine kooi .
Soms kwamen er nare mensen die op het glas klopten en ons
bang maakten.
Af en toe werden we uit de kooi gehaald om vastgehouden te
worden door de mensen of gewoon om ons te bekijken.
Sommigen waren lief,weer andere deden ons pijn.
Dikwyls zeiden ze "Ooooh... ze zijnschattig! Ik wil er ook
eentje.Maar nooit gingen we net iemand mee.
Mijn zusje stierf vorige nacht,toen het donker was in de
winkel.
Ik legde mijn hoofdje op haar zachte vacht en voelde het
leven uit haar margere lijfje verdwijnen.
Ik had hen horen zeggen dat ze ziek was en dat ik nu voor
een spotprijsje zou verkocht worden,zodat ik de winkel snel
zou verlaten.
Toen het levensloze lichaampje van mijn zusje uit de kooi
werd gehaald om weggegooid te worden,was mijn zacht
gehuil het enige teken van droefheid.
Vandaag kwam er familie die mij kocht! Wat een zalige dag!
Ze waren een lieve familie, ze wilde me zo graag, echt waar!
Ze kochten me een etensbak en eten en het kleine meisje hield me zo liefhebbend in haar armen. Ik hield zoveel van haar. De man en vrouw zeiden dat ik een lieve, brave puppy ben! Ik werd Angel gedoopt. Ik hield ervan om mijn nieuwe mensen likjes te geven.
De familie zorgde goed voor mij, ze waren zo lief en aardig
en zacht. Ze leerden me het verschil tussen goed was en wat
verkeerd was. Ze gaven me goed te eten en heel veel liefde!
Het enige wat ik wilde was om deze mensen te plezieren. Ik
hield van het kleine meisje en genoot ervan om met haar te
spelen en rond te lopen.
Vandaag ging ik naar de dokter. Het was een vreemde plaats
en ik was bang. Ik kreeg een paar spuitjes, maar mijn beste
vriend, het kleine meisje, hield me teder vast en zei dat alles in orde was. Ik was zo kalm. De dierenarts moet trieste woorden gezegd hebben, want mijn geliefde familie keek heel triest. Ik hoorde moeilijke woorden zoals heupdysplasie en iets over mijn hart. Verder verstond ik nog flarden zoals broodfokkers en ongeteste ouders. Ik weet niet wat dat allemaal betekent, maar het deed me pijn om mijn familie zo triest te zien. Maar ze hielden nog steeds van mij en ik hou ook zo veel van hen.
Ik ben nu 6 maanden oud. Terwijl de meeste pups sterk en
robuust zijn en wilde spelletjes spelen, doet elke beweging me geweldig pijn. De pijn gaat nooit weg. Het doet pijn om te lopen en te spelen met mijn kleine lieve meisje. Het is ook moeilijk om te ademen. Ik blijf mijn best doen om een sterke puppy te zijn, zoals ik feitelijk zou moeten zijn,maar het is zo moeilijk. Het breekt mijn hart om mijn vriendinnetje zo triest te zien. Soms spreken de vrouw en man over "het is misschien tijd nu".
Ik ga regelmatig naar de dierenarts, maar er is nooit goed
nieuws. Ze spreken steeds over aangeboren problemen. Ik wil
enkel maar de warme zon voelen, spelen, lopen en flodderen
met mijn familie.
De vorige nacht was de pijn het ergst. Pijn was nu een vast
gezel in mijn leven, het doet nu zelfs pijn om recht te staan en te gaan drinken. Ik tracht recht te geraken, maar kan enkel zachtjes huilen van de pijn. Ik word voor de laatste keer in de auto gezet. Iedereen is zo triest en ik weet niet waarom. Ben ik stout geweest. Ik tracht altijd lief en braaf te zijn, wat kan ik toch verkeerd gedaan hebben? Oh, als die verveldende pijn maar zou weggaan. Als ik de tranen van mijn vriendinnetje maar kon drogen. Ik tracht me te strekken om haar hand te likken, maar ik kom niet verder dan een kreet van pijn.De tafel van de dierenarts is koud. Ik ben zo bang. De mensen
aaien en strelen me, ze huilen in mijn zachte vacht. Ik kan
hun liefde en hun verdriet voelen.
Ik slaag er in om zachtjes hun handen te likken. Zelfs de
dierenarts lijkt niet zo angstaanjagend meer. Hij is lief en voel mijn pijn verzachten. De kleine meid houd me zacht vast en ik bedank vooral de liefde die ze mij gegeven heeft. Ik voel een zachte prik in mijn voorpoot. De pijn begint te verdwijnen, ik krijg een vredig gevoel. Ik kan haar nu zelfs zachtjes likjes geven.
Ik kom in een droomwereld terecht, ik zie mijn moeder, mijn
broertjes en mijn zusje in een verre groene wereld. Ze vertellen me dat daar geen pijn is, alleen vreugde en blijheid. Ik neem afscheid van de familie op de enige manier die ik ken, door zachtjes met mijn staart te kwispelen en door met mijn neus te snuffelen. Ik had gehoopt om heel veel dagen met hen door te
brengen, maar het heeft niet mogen zijn. Ik hoorde de
dierenarts nog zeggen, Puppies die in een dierenwinkel
verkocht worden zijn meestal afkomstig van "broodfokkers en
puppyfabrieken" en niet van bekwame fokkers.
De pijn is nu verdwenen, maar ik weet dat het nog jaren zal
duren eer ik mijn geliefde familie terug zal zien... Als de
dingen maar anders hadden kunnen zijn.