Geef me mijn dagelijks brood o heer
Met korstjes afgesneden
Mijn tanden zijn zo goed niet meer
Door geknars teveel geleden
Ik betaalde al mijn schulden heer
Mijn schuldenaars zijn dood
En vechten hoef ik ook niet meer
De bierkaai legde het lood.
Verleiding is niet meer zo groot
En komt er nog verzoeking
Dan loop ik niet zo hard meer heer
Ga niet meer buiten het boekje
Vergeef me wat ik heb misdaan
Ik zal het nooit meer doen
De tijd van zonde is heengegaan
Ik heb een goed pensioen.