niets is wat zo lijkt,
maar dat blijkt,
uit hetgeen dat ik nu weet,
en dat ik weet dat het je niet speet,
in het verleden ben je die persoon geweest,
waar eenieder voor vreest,
je hebt mijn hart doen laten breken.
En voor vele malen laten smeken,
Om mij nooit meer te kwetsen,
Om mij nooit meer te pesten,
Vrienden had ik destyds niet zo veel,
ik had geen bril geen beugel en keek niet scheel,
waarom was ik dan diegene die altijd de klappen kreeg,
en thuis komend over mijn blauwe plekken zweeg,
We zijn nu allebei op een oudere leeftijd,
En nog geef je me het gevoel dat je het niet spijt,
Zal de ty ooit zich tegen jou keren,
En k kon geloven dat ik anders kon beweren,
Dat ik een goede jeugd heb gehad,
Veel vrienden en vriendinnen, dat is waarvoor ik tot god bad,
Het achter me laten, van al dit, dat kan ik niet,
Daarvoor deed je me teveel verdriet,
Mensen denken dat ik gelukkig ben,
Maar ik ben de enige die zijn ware “ik” ken,
Niets is wat zo lijkt,
En dat blijkt…..