hoe zacht jouw stem toen je
vertelde over je geliefde
de frisse geur van haar haren
het vrolijke twinkelen van haar ogen
en haar frêle schouders die toch
alle lasten konden dragen
hoe omfloerst jouw blik
als je aan de periode was gekomen
die haar van je weg zou halen
vol ziekte en verdriet en
dapper vechten tegen krachten
groter dan de sterkste mens
hoe bitter de tranen die je huilde
omdat je haar zo vreselijk miste
die kleine dingetjes van elke dag
waren sleur geworden zonder haar
en toch moest je doorgaan
zonder doel in je leven
hoe rustig lig je nu op bed
met iets van een glimlach om je lippen
je bent in stilte heengegaan
naar waar je hart al jaren leefde
weer bij dat vrouwtje van je dromen
verenigd in de zoete dood