Soms is het leven oneerlijk,
Zoals bij jou, toen je geest nog wel wilde, maar je lichaam niet wou.
Je geest wilde dingen die je lichaam niet kon,
Zelfs niet toen de zomer begon.
Toen ging ik op vakantie en je zei mij gedag.
Snel verstopte ik mijn tranen achter een grote lach,
Gewoon omdat ik niet wilde dat je ze zag.
Tranen omdat ik al voelde;
Dit afscheid duurt maar even,
Ik ga op vakantie en jij?
Je wordt beroofd van je leven
Dus zoals elke zomer zeiden we elkaar gedag.
Alleen ik dit keer met die slechte lach,
die jij als buurvrouw bij je buurmeisje wel doorzag.
Beiden wisten we dit afscheid duurt maar even,
Ook al is het de laatste keer dat we elkaar zien, in dit leven.
Grote druppels vulde zich boven mijn oogleden,
Druppels die niet meer te verbergen waren achter een lach.
Snel rende ik naar boven en liet je beneden staan.
Ik keek je nog na vanuit mijn raam.
Die zomer is jouw ziel gaan zweven en ben je in gedachten bij ons gebleven.
† 11-08-1994 Bernadette Van Dalen-Martin