De tijd met jou was héél fijn
maar toch deed je me veel pijn.
Je zei dat je met me wou
en liet me daarna staan in de kou.
Ik deed je lachen en daarom was het waarom je me kuste...
Soms zei je dat je me wel lustte.
We gingen bijna elke dag uit,
maar ons verhaaltje raakte uit.
Eerst kwam je praten over haar,
die Sofie, met haar bruine haar.
Ze was knap en lief
en tenslotte werd zij je hartedief.
Ik had niets in de gaten,
jullie waren enkel maten.
En toen, op Eindejaar, klaar om te fuiven,
begon je me uit te wuiven.
Je ging niet met me mee,
maar tegen Sofie zei je geen nee!
Toen kwam het moment dat je zei:
'Ik heb gevoelens voor jullie allebei!'.
Hij wou ons alletwee,
maar ik zei nee.
Ik sprong uit mijn vel:
'Waarom ging je ervandoor met die drel?'