Er was eens een slang,
MisSchien ken je het verhaal al,
Hij had zichzelf beloofd,
Dat hij wraak op de leeuw nemen zal.
Het zal je bezuren riep de slang,
Zowaar als ik slis!
Dat je mijn vriendje konijn,
Opgegeten hebt met KerstMis.
Hij haalde uit,
En sloeg pardoes,
Op zijn eigen staart,
Terwijl de leeuw lachte: MisPoes!
Hij brulde van het lachen,
Er is toch niks wat jij doen kan,
En trouwens, dat konijn,
Daar werd ik alleen maar MisSelijk van.
En toen de leeuw,
Op een dag werd VerMist,
Zei de slang slissend,
Misjon accomplisjt.