Trop.
Met welk recht ben je gestrand
op het land van de hand
aan mijn voeten.
Spaanse furies golven
van je tong.
Het rode doek lokt, niet?
om nooit te vallen.
Je bent me teveel geworden,
teveel van het goede,
het goede dat je bent.
Onder de condoom der liefde,
stik ik in een lithanie
van lieve woorden.
Het is niet droog
onder jouw rubber.
Huil me, schuil me,
schop me de dood in.
Bedaar me, staar me,
het leven uit.
Je bent me teveel geworden
van het goede dat je bent.
Scheer me weg, schaam me niet meer,
haat me, laat me
niet worden.