Donkere hoop
Ogen kijken naar binnen
en handen lijken wel muren,
beslagen met spijkers en
gebroken sculpturen
schreeuwende maskers met
holle geluiden
maken feest maar,
de diepe bastonen zijn verdwenen
hun ingewanden zijn
als verzuurde spiegels met barsten
Geen klaar zicht meer op
de vernieling waarin zij leven
enkel een vage herinnering van
vermoeide gestreden stormen
hun huid voelt levenloos en verhard
als een verkreukte stof met lijnen
van de verloren hoop
het enige nut
is staan in gure winden,
geslagen door de angst van
bliksemschichten in open veld, om
de vogels van vrijheid
‘De Mens’ te verschrikken
Zo tragisch
Die handen met spijkers
Zij spiesen zichzelf
Leve de vrijheidstrijders tegen
de donkere hoop
Zij leven voor een plaats van
sculpturen en hun scheppers