Vroeger toen je er nog was.
Fonkelden je ogen als sterren aan de hemel.
Was je stem zo warm als de zomerzon.
Waren je handen zo teder als de wind.
Was je kus zo liefdevol als het licht.
Maar toen je stierf kwam er regen en duisternis.
De regen waren mijn tranen.
De duisternis was de pijn die ik had,
de holte in mijn hart.
Maar nu komen er al aventoe weer stralen naar binnen.
Stralen als de zon,
stralen van geluk.
Ik heb je dood verwerkt,
maar vergeten zal ik je nooit.
Want je naam staat in mijn hard gegroefd,
mijn herinneringen aan vroeger,
van jou zullen altijd blijven.
Ik hield van jou.
Ik hou nog altijd van jou.
Ik zal altijd van je houden