Niemand mag het weten
Tranen over mijn wangen,
alles doet pijn.
Niemand die het weten mag,
en vooral niet hij.
Niemand die me geloven zal,
dat het slecht met me gaat.
Ik ben een onbekend meisje,
waar het altijd goed meegaat.
Mensen vragen wel,
hoe gaat het nou met jouw.
Maar de waarheid vertel ik ze niet,
want ze vertrekken toch weer gauw.
En hem kan ik het niet vertellen,
en ik weet niet waarom.
Ik weet dat hij van me houdt,
maar ik kan het niet het is zo stom.
Bij hem voel ik me gelukkig,
ik wil hem nooit meer kwijt.
Misschien verstop ik me daarom wel,
anders krijgt hij spijt.
Ik ben maar een dom meisje,
helemaal niks waard.
Ik tel niet mee in de wereld,
omdat het niet goed met me gaat.