"Hard, koud en smakeloos"
Grijze spijkerbroek in faalgeel licht.
Eerst sloot zij zijn bedrogen ogen.
De palen kreunen,
de touwen zingen.
Zijn zolen als een gescheurde spons.
De druppels, een teken.
Van buiten, als ook van binnen.
In een wereld die alles laat.
Stadskantoor aan de dijk.
Broedfabriek zonder schrikdraad.
Elfduizend stappen terug.
Wat doe ik toch hier?
Tussen de vlaggen van half zeven.