Grimm ig
lach de tranen naar de maan,
met een soort van anarchie,
die het diepste doet verwaaien
tot een hemelsbrede lach.
en de ondeugd van het nippen,
aan een glas met duivels kruid,
vergroot de glans in ogen die,
de schaduw doet versmelten.
en verlangen naar verlangen
met de warmte van je hart,
hoop ik hier te liggen als
je eenzaam naar een mens verlangt.
die jou dan kussen zal totdat je slaapt,
tegendraads alsof ik geen sprookje ken.