wat is de wereld toch klein
met allemaal rare kabouters voor mijn deur
klim is naar boven
of bel eens aan
ik ben altijd thuis
waar je de bomen hoort praten
kijk je omhoog
en patttsss een pijltje
en pijl verliet de boog
dreigende wolken van een lucht waar wolven van gaan huilen
en de onheil die samenpand tegen een reuzekind.
net teruggekeerd van jullie nieuwe huis ,
de hel.