De hoop op zelfvertrouwen
jaagt me op tot ik geen stap meer zetten kan
en geen stap dichter bij jou gekomen ben.
De violen die mijn leven teisteren
verbloemen alsnog de waarheid,
ik hoop dat je ooit weer bij me bent.
Misschien later, in de hemel,
als ik door de metaaldetector heen kom,
god me niet tegenhoud,
en ik al mijn vlindermessen in moet leveren.
Ik zal je met mijn woorden moeten vermoorden.
De woorden die uit mijn vingers stromen
lijken van me te houden,
blijven rond zweven in mijn, o zo lege hoofd.
Mijn fantasieën zijn wilder dan ooit,
geen rust lijkt me gegunt.
En dan zo, om half 5 'sochtends hoop ik je te spreken,
je naam, bovenaan mijn msn-lijst te zien verschijnen.
De hoop op niets,
de leegte van mijn scherm,
de leegte in mijn hoofd,
de leegte van mijn woorden,
de leegte in mijn leven.