in het holst van de nacht.
lopend door de straten.
naar de jongen die op me wacht.
liefde,cadeaus alles heeft hij me gegeven.
was het daar maar bij gebleven.
hij vroeg dingen van me.
wat ik gewoon niet kon opbrengen.
ik moest eens wat terugdoen.
volgens hem.
was ik een ondankbare slet.
ik ging bij hem weg.
hield het niet langer vol.
hij zij dat ik wel terug zou komen.
had hij even pech!
werd onghandelebaar.
en na een paar weken op straat gezet.
over m'n toeren.
ging ik naar z'n huis.
dit was geen slim idee.
maar waar moest ik anders heen?
heb heel veel klappen gekregen in het begin.
daarna ging het snel.
voordat ik het wist.
stond ik op straat.
in te korte kleren en te hogen hakken.
kon ik nog dieper in de stront zakken?
ik kon niet meer weg.
ben er gebleven.
wil liever dood.
dan zo nog langer veder leven