Het meisje volgt de straal,
ze heeft vertrouwen, ze moet verder!
Ze klimt over obstakels, en als ze bij een vlak stuk komt is daar een steen.
Hij is groot en heeft een bijzondere vorm.
Ze bekijkt hem, ze heeft alle tijd.
Dan is plots de vrouw weer, ze legt haar dingen uit over de steen.
En ook over de paden, maar als ze verder nog iets wil weten dan zoekt ze dat maar op in boeken.
Wat moet ze hier nu mee?
De vrouw loopt weer door maar het meisje blijft besluitloos staan.
Het meisje is boos, boos op de vrouw!
Ze moet van haar vertellen, en het meisje wil dat ook maar het klopt gewoon niet.
Het meisje besluit door te lopen.
Ze ziet bomen in vreemde vormen, dieren in de raarste kleuren en bloemen zo hoog als huizen.
Ze raakt verward en weet niet wat ze moet denken.
Dan draait ze zich om, alles achter haar is op zijn plaats gevallen, alles wat voor haar is, is vreemd.
Ze snapt het allemaal niet meer.
Het verleden heeft een plaats, de toekomst is een obekende bestemming.
Ze wil meer zekerheid en durft gewoon niet verder.
Ze loopt terug in zekerheid, in een lekker rustig tempo.
Op de open plek is alles groen, ze voelt zich zeker en loopt naar een pad.
Richting pad 10