Bij het vallen van de nacht,
Fluister ik jou naam, heel zacht
Ik wil jou niet wakker maken,
Alleen maar heel even aanraken.
Heel even weer horen je stem,
Verdomme je was een vreemde voor hem.
Maar het kan alleen nog in mijn gedachten,
Dit doet pijn, en niemand kan het verzachten.
Mensen roepen je moet niet meer zo treuren,
Maar hoe kan ik het ooit goedkeuren.
Het onrecht wat jou werd aangedaan,
Maakt mij woedend, en machteloos blijf ik staan.
Hoe kan ik uitleggen wat het is,
Om te leven met een groot gemis.
Zal de dader het ooit beseffen,
Hoe zinloos geweld nabestaande kan treffen.
En geloof mij ik wil echt niet klagen,
Maar ik bleef achter met zoveel vragen.
Nooit zal ik daar een antwoord op krijgen,
Het blijft stil, zelfs de nacht blijf zwijgen.
Dan fluister ik jou naam, heel zacht,
Bij het vallen van de nacht