anders ben ik van binnen dan van buiten.
anders dan ik laat zien, anders dan men weet.
Alleen heel soms laat een stukje van binnen los en word dat buiten, de waare ik zit van binnen en toch ben ik het die van buiten toe kijkt naar al wat in me zit.
Zonder dat je weet laat je de wereld van buiten je veranderen van binnen. Zonder dat je wilt zonder dat je doet.
De wereld van buiten die beslissingen neemt, die zorgt dat jij van buiten bent zoals je bent. Maar ook jij van binnen kan beslissen wat je wil, kan beslissen wat je doet.
Het leven gaat om accepteren, het accepteren van een ander. Die anders is dan jou, anders is dan jij.
Ik ben de ik die ik voel, niet de ik die ik zie. En als iemand me roept dan is het de ik van buiten die ze willen. want de ik van binnen is alleen van mij. Alleen heel soms een beetje van een ander, als ik naar buiten laat wat van binnen zit.
Maar van buiten ben ik een meisje met golvende haren, bruine ogen en een blijvende lach, een stralende lag.
Van binnen ben ik vel gekleurd en de lach die je van buiten ziet, is van binnen nog groter, nog blijer en vooral nog gelukkiger. Want mijn leven is een zonnestraal, zo mooi is het, zo schitterend. Toch is het naar om te weten dat niet iedereen zo kan zijn, zo mooi van binnen. Soms zijn ze zwart van binnen, soms zelf stuk, of verloren zonder dat zelf te willen, dat zelf te doen.
Zwart en pijnlijk. Ik ben blij dat ik niet zo ben van binnen. Ik ben gevuld met liefde, liefde van anderen, maar ook liefde van mijzelf. De liefde waar niemand zonder kan, de liefde waarmee ik ben gevuld.
Maar wie ik ben dat weet ik goed, dat weet geen ander beter. Van buiten ben ik avi- gael, van binnen ben ik mij. De mij die nu van mij is en ook van mij zal blijven. De mij die ik op dit moment niet los zal laten, die ik niet naar buiten zal laten vluchten. de mij die niet iedereen te horen krijgt, de mij die van mij blijft.