Het kijken naar de horizon is voorbij.
Vragen van anderen zijn weer dichtbij.
Zorgeloos denk ik nog even aan de tijd die ik
mocht verzinnen.
Mijn ogen zien weer scherp wat ik vergeten was.
Denken is weer wachten op antwoorden.
Het stof van de zorgeloosheid zijn weer mijn gedachten
aan ochtenden die
te vroeg beginnen en woorden die niet wachten
op mij.
Want ik ben geweest
en de tijd was van mij alleen en
nu sta ik op en weet ik dat
oude plichten
mij weer zeggen waarmee ik
mijn kleine lijden weer
begin.