dit is mijn paviljoen
mijn rijk, mijn arena van de wreedheid
hier regeer ik en ram het leven tot submissie
sla ik mijn ijzer en plant mijn vlag
hier ben ik omdat het mag
en het stormt aan de zomen van het zeil
en de sterren wapperen aan het geverfd plafond
en de lucht drukt zwaar in droge longen
dit is mijn gevang
mijn straf, mijn schakels van de geest
hier kruip ik en schaaf knieƫn tot het bot
breek ik mijn tanden en verlies mijn stem