Warrelend.
Beelden warrelen
verschietend
over het beeldscherm van mijn brein.
innig verlangend
diep geschokt plots
in al hun komen en hun zijn
Jachtend ,onrustig
als het heden
waar elke rust verloren lijkt.
Alles wil doen
’t al wil benutten
daarin het mooiste juist ontwijkt.
Wij hebben veel
wij kennen weelde
niet meer de rust van het gewoon.
Genietend van
die kleine dingen.
Wij pend’len in een vast patroon.
Dan op eens beeld
dat zich opdringt
van iemand die gebroken heeft
met alle luxe
de gejaagdheid
weer rust op pakt, intens nu leeft.
Eerst waar jezelf
je hebt hervonden
geniet van ’t goede om je heen
de blijde lach
klinkt van ontspanning
ontdoet het zich van het algemeen.
Th.