Uit de manke jager55
In de prang
In de prang om te
kunnen leven met haar kinderen
koos zij een mindere, omdat de
anderen haar niet meer wilden.
Haar vroeger aanzien
blijven handhaven, maar de
man die zij nam kon het niet
volgen. Haar geliefde.
Waar was hij nou?
Hij speelde niet met de
kinderen, de ander ook niet.
Ik was alleen een vrouw.
Een vrouw alleen kon
niet leven alleen, de zorg
was te groot alleen. Hij, zou
zorgen voor hen.
Ik was de vrouw
van de leider en dat alleen
stak zijn ogen uit. Hij zou on-
verwacht iemand worden.
Maar hij werd het
niet, alleen omwille van mij
deden zij of ze hem waardeer-
den en hadden aanvaard .
M'n man zijn dichtste
trawanten leidden de jachten,
die zij tot een goed einde
brachten. Groot jolijt!
Ik had me gegeven,
door het gekrijs van de
kinderen, want ze konden geen
jachten wachten en toekijken.
Hoe andere kinderen
andere dingen te eten kre-
gen dan de bessen en de
knollen. En de noten
om niet te moeten
gapen wat anderen aten.
M'n kinderen moesten zijn
zoals de anderen!
En plots stond hij daar. Terug! De schok
die haar sprakeloos maakte. Hij stond daar!