Nog zie ik weer de kleuren een dag van het papier ontdaan door westenwinden voeren we en bezongen de verlaten haven Instrumenten waren je handen die over het doek gleden waarop huizen zichtbaar waren en het bankje bij de gracht Dagelijks bekeek ik het tafereel zag het schemeren tussen muren waar rust heerste tussen sluiten en verlaten Het penseel was je en het doek waarop een compositie werd geschapen nog eenmaal strijk ik over het bootje dat dobbert in de gracht