De treinreis
In de trein op weg naar
Met de rug zak vol kant en klaar
Op het laatste moment er nog wat spullen in
Op weg naar een nieuw begin
Een ontmoeting met een vreemde man
Ik bestudeerd even je reisplan
Wat in rust in mijn buik en in je hooft
Het wordt een mooie dag zo werd belooft
De trein die rijst door de tijd
Ik kijkt op je klok hopelijk kom je op tijd meid
Steeds dichter bij, bij jou
Den man die ik ontmoeten zou
Dan komt de conducteur
En geeft in mijn kaartje een scheur
Mijn ogen stralen, mijn mond lacht
Wie had dit nu verwacht