De zomerse zon is hoogzalig in het spel verblindend en fel Haat ik haar, bemin ik haar altijd is ze openbaar Haar enige vijand zijn de wolken die al dan niet de lucht dichtkolken Ooh zon als ik kon Ik zou je omarmen als je mijn tuintje komt opwarmen Laat u echter ongemoeid als u weer eens de groenten en de bloempjes verschroeit! Ooh zon, beinvloeder van 't menselijk humeur wat heb ik u graag aan de deur