Uit de manke jager
Het punt
De gewonde jager lag
daar. Hoeveel keer zou de
zon nog schijnen? Hoeveel
Nog? Een punt aan de hemel.
Voor het eerst keek hij naar
omhoog toen de koorts van
de wonde hem platdrukte.
Jagen kon hij niet meer.
Zijn vrouw die voor hem
zorgde en die de bessen
plukte om in leven te
blijven, en de wortels trok.
En niet altijd zag hij de
maan, het ander punt. De
lijn ontstond, twee punten
werden verbonden. Denkbeeldig,
en getekend op de grond.
Het was geen ijlen van de zeer.