Koel zingt de avond in de zomer
En zilver doordrenkt de nachtschade
onder de hoge maan
De stille zuidenwind bespeelt het lover
Fluistert mij toe :
'Morgen komt zij
Komt zij naar je toe
in het roze van de dageraad
dat teder de groene heuvels kleurt
Ja morgen zal ze komen
om met jou te dansen
Je ruikt reeds haar geur
in het parfum van nachtelijke jasmijn
Je verlangt naar de blijheid
die in haar ogen lacht
De warme zoetheid
van haar ontvouwde lichaam'
O nacht, verga
Zonsopgang, snel mij tegemoet
Weerloos wacht ik
zoals jij
in de vreugde
van de schaduw