De streaker
Ik heb zo fijn gestreakt vandaag, ’t was op de Keyserlei.
Zo in mijn blootje liep ik daar, wat voelde ik mij zo blij.
En ik die ’t heel natuurlijk vond, ik ben geboren zo.
Men deed of ik ongedierte was nog erger dan een vlo.
Ik wil niet te bescheiden zijn, ik vindt mij redelijk mooi.
De politie heeft mij opgepakt, men wierp mij in een kooi.
‘k Weet dat ik flink geschapen ben, daar sta ik voor bekent.
En trokken die agenten daarom aan ’t kortste end
Ik voel mij zéér als mens gekwetst, ik vind dit onterecht.
Ik wandelde zo puur, zo naakt, en toch word ik berecht.
Ik wou dat ik een ijsbeer was of liever een dolfijn.
Dan zou ik in mijn blootje steeds, vrij en vrolijk zijn.