Grauw.
Regenbui na regenbui stort uit in het heden
Lust om nu op pad te gaan, wordt vertreden
’t grauwe sleurt mij als ’t ware mee
In die uitgestorte zee.
Hemelbreed zeurt het verlangen
Naar het licht , de warme zon
Naar weer rood getinte wangen
Waarbij zomer overwon.
Grauw is uitval van de kleuren
Alsof niets er meer toe doet
Alles in eenzelfde grijstint
Waar ’t individuele lijkt beboet.
Grauw vervallen is de onmacht
Van verpaupering, armoe en leed
Vluchtelingen zonder toekomst
Waar de wereld hen vergeet.
Grauw is eenzaamheid in dagen
Niemand die je paden kruist
Weggestopt als niet meer zijnde
Waar de stilte bijtend huist.
Niemand hier op deze aarde
Verdient het grauw in zijn bestaan
Dat het licht eens door zal zetten
’t grauw in kleuren weg doet gaan.
Th.