de ezel, hij was zeer” hautain “
maakte twee ezelinnetjes tot de zijn
hij balkte met dichtgeknepen billen
zou er nog enkele willen
hij liep op de wei als heerser van Rome
schuurde zijn rug aan de bomen
ging op weg om nog wat plezier
kreeg een trap en een staartenzwier
al vond hij dat van de meisjes niet fijn
hij wist dat de jonkies van hem zouden zijn
trok zich terug naar de andere zijde
voor een mooie afstand tussen hen beiden
ela