Wat je wilde geven zou je eigenhandig geven,
dit was onze afspraak.
Daarom groeiden uit mijn tranen
de parels van jouw glimlach,
en klinkt jou stem door in mijn pijn.
Geef, wat je geeft, met eigen handen.
Ik ben bang om over het pad te gaan op aanwijzingen
van anderen; ik weet dat jij zelf in mijn zelf bent.
Mijn fouten brengen mij,
steeds opnieuw bij jouw deur,
in mijzelf verzonken reis ik daarom dag en nacht.
Geef, wat je geeft, met eigen handen