De dood en het kind is geen goed samenspel de ėén wil haar vleugels nog uitspreiden de ander houdt van pijn en hevig lijden maar soms is er een verbinding in een tel meestal heeft de klank een onzuivere toon en is niet afgestemd op hun samen zijn de noten passen dan niet op een lijn en ontvalt hun dikwijs gemor en hoon afzonderlijk brengen ze het beste voort zij kleurt de ruimte in met een gulle lach hij bladert nog wat in zijn requiem het eenvoudige heeft mij altijd al bekoord niet iets wat nog niet kan of nog niet mag voor elk van hen is er wel een podium