Hoog , laag.
Wisselingen in het leven
als een landschap berg en dal
zo de hoogte, zo de laagte
in een eindeloze val.
Wisselingen die zich mengen
in een doelgericht patroon
staande houden bij het dalen
glacerend ’t mind’re in het schoon.
Als een dobber op het water
drijft het lichte op het zwaar
’t haakje hangt dan wel te wachten
als een ongezien gevaar.
Op de hoogten klinkt het juichen
toornen wij tot hemelhoog
groeit de lach uit vele tranen
kleurvol als een regenboog.
Allen kennen wij die treden
naar omhoog soms naar omlaag
doch de top blijft immer gloeien
die ik vol verrijking draag.
Th.