Stof gezogen, het huis aan kant
De ramen open om de koelte
van buiten te ventileren
Vuilzak in de hand sluit de tocht
de voordeur met een klap
de sleutel tinkelt op de plavuizen
De stemmen van de buren klinken
door de muren, aangebeld
om de reservesleutel gevraagd
Even zo alleen, voelen hoe de dood
op wollen voeten komt aangeslopen
aarzelt en toch voorbij is gelopen