Er waren woorden zinnen kort lang, bijna achteloos zo het leek niet tegen mij maar luchtledig gesproken ze zworven tussenwerelds kwamen onvertogen binnen ik weet niet waar ze bleven wist niet van bestemming dan reizen in mijmering triviaal of van hartsbelang keren ze weer, bruisend vertelt het reizend leven ze liggen op mijn lippen plooiende gedachten verweren niet, tijdloos hou ik van ze, zonder vast te houden aan begin