nu ik mezelf met spiegels verwar
blijkt mijn massief windgevoelig
en mijn pluim een woordwolk
er is geen eenvoudige weg
om te kiezen, tussentijds
in verstikking boven ademvrees
als doorschijn is fijngewreven
tot glazen fragmenten
lijdend in gevonden voorwerp
aan een lichte vorm van verdwaling
tussen vogels en fotonen
doch onvervreemd van eigenschap
van eigen diepte, binnenaards,
het samengebald verborgene
dat vlijmende hunker spuit