Ik voel hoe jouw deuren dichtgaan en hoe je je terugtrekt onder een dikke deken
Zachtjes geef ik je een gedachtenkus op je voorhoofd en sluip weg
Enkele dagen eerder had alles weer zo mooi geleken
Het leek niet alleen mooi, dat was het ook, jij en ik als twee magneten
De zon aan de strakblauwe hemel, de wereld aan onze voeten
Samen met jou tegen een boom zitten terwijl we wat praten en eten
Aantrekkingskracht tussen een vuurdraak en de witte wind doet het vuur hoog oplaaien
Een rokende tango tussen twee zielen en lichamen waarvan de resten nog nasmeulen
Het was zo'n dag dat alles met de wind mee mocht waaien
Vandaag liggen de dansschoenen uitgeschopt en werkeloos in een hoek
Het vuur is gedoofd tot een waakvlammetje door de regen
Ik concentreer me op de mooie woorden in jouw boek
Maar steeds dwalen mijn gedachten af en denk ik aan de man met wie ik vurige momenten deelde
De man die achter me liep terwijl ik zijn blikken voelde prikken
De man die mijn zinnen streelde
Ik hou van je, in vuur maar ook in water
Alsmede in aarde en in lucht
Vandaag zie ik je niet, het gaat niet goed met je en jij wilt niemand zien
Het is geheel en al te wijten aan jouw zucht
Maar op een dag houd ik je weer in mijn armen en ben je er weer,
Niet nu, niet morgen maar later